De Meir is de bekendste straat in Antwerpen en het is één van de drukste winkelstraten van het land. Laten we eens kijken naar de geschiedenis van deze plaats.
Omstreeks het jaar 1000 is de kern van Antwerpse bewoners en handelsactiviteiten zo solide geworden dat het met een eerste aarden omwalling wordt afgebakend. Tot circa 1180 zorgen de bewoners ervoor dat een singel van watergrachten de stad bescherming biedt. Ze kunnen gebruik maken van het aanwezige water en het reliëf om een gebied af te bakenen.
De eerste stadskern is nog heel klein, zo ligt de Onze-Lieve-Vrouwekerk nog buiten het eigenlijke stadsgebied. Omstreeks 1200 worden grote versterkingswerken uitgevoerd en verdubbelt de oppervlakte van de stad.
“Hout Mere”, de oudste vermelding van de Meir, dateert van 1257. De benaming wijst op vochtige, laaggelegen gronden of een meer dat net buiten de stad gelegen is. Waarschijnlijk wordt dit meer ook gebruikt om hout te bewaren.De poort in de omwalling van de stad op die plaats krijgt de naam MeirPoort.
Tussen 1295 en 1314 wordt de omwalling van de stad opnieuw uitgebreid. Een deel van Meir ligt nu binnen de stad. Rond 1400 komt de volledige Meir binnen de stadsomwalling te liggen. Op deze prent uit het begin van de zestiende eeuw zien we dat de Meirpoort zich nu binnen de stadsmuren bevint. Het landelijke karakter van de omgeving is verdwenen.
We zien ook het kanaal of vaart dat in de vijftiende eeuw werd aangelegd. Het kanaal draineert al het water dat in het gebied aanwezig is en zorgt voor de aanvoer van zoet water.Dit water is afkomstig van een rivier buiten de stad en wordt via kanalen tot in het centrum geleid.
Vanaf 1527 staat op de Meir een monumentaal kruisbeeld. Met een kleine onderbreking heeft een dergelijk kruis tot in 1797 het zicht van de Meir bepaald.
Rond 1500 groeit Antwerpen uit tot een van de grootste steden ten noorden van de Alpen, enkel overtroffen door Parijs. De stad krijgt een steeds grotere aantrekkingskracht en de omgeving van de Meir wordt de plaats waar talrijke kooplieden en financiers, vooral Italianen en Portugezen zich vestigen.
Wanneer de het beursgebouw in het oude centrum van de stad te klein wordt voor het belangrijke handelscentrum dat Antwerpen aan het worden is, wordt in 1531 een nieuw, groter beursgebouw opgetrokken in een zijstraat, de twaalfmaandenstraat.De Meir krijgt meer en meer en overwegend burgerlijk cachet.
Aan het einde van zestiende eeuw woont Maria Pypelinckx op huisnummer 54 van de straat. Maria is de moeder van Pieter Paul Rubens, die zijn kinderjaren op deze plaats doorbrengt. Rubens, groeit uit tot één van de belangrijkste schilders uit die periode en verblijft enkele jaren in Italië om de schatten uit de antieke oudheid en de eigentijdse Italiaanse kunst te bestuderen.
In 1608, keert hij terug naar Antwerpen en koopt hij een eigendom in een zijstraat van de Meir waar hij zijn woning en een schildersatelier vestigt. Na talrijke omzwervingen in Europa vestigt hij zich vlak bij de plaats waar zijn wieg had gestaan. In 1640 wordt hij begraven in de Sint-Jacobskerk enkele meters verderop.
Vanaf 1700 verschraalt de handel op internationaal niveau. Oorlogen verhogen de risico’s en veel kooplieden willen risico’s vermijden en kiezen ervoor om hun kapitaal gedeeltelijk veilig te stellen in gronden en huizen.
Op de Meir worden mooie patriciërshuizen gebouwd. Twee van die gebouwen uit het midden van achttiende eeuw bestaan nu nog.Op nummer 50 staat het Paleis op de Meir. Een voormalig stadspaleis gebouwd in opdracht van een rijke koopman, was ooit eigendom was van achteréénvolgens Napoleon Bonaparte, Willem I der Nederlanden en het Belgisch koningshuis, hoewel ze er zelden persoonlijk aanwezig waren.Even verderop, op nummer 85, vinden we het Osterrieth-huis, een herenhuis dat rond 1750 verbouwd wordt tot zijn huidige vorm. Het is een mooi voorbeeld van de Rococostijl.
Tijdens de Franse overheersing aan het einde van achtiende eeuw wordt het kruisbeeld dat bijna 300 jaar op de Meir heeft gestaan, verwijderd. Hiermee verdwijnt het religieuze element uit het straatbeeld en kwam voor de Meir een einde aan het Ancien Régime.
In de 19de eeuw moest de stad binnen de grenzen van de 16de-eeuwse vesting zich in snel tempo aanpassen aan de groei van de bevolking, handel en verkeer.
Een revolutionaire nieuwe uitvinding doet zijn intrede in continentaal Europa: de trein. Op 5 mei 1835 wordt de spoorlijn tussen Brussel en Mechelen geopend en rijdt er voor de eerste maal in de geschiedenis een trein op het Europese continent. In 1836 wordt deze spoorlijn tot in Antwerpen doorgetrokken.
Om de verbinding met het treinstation te vergemakkelijken wordt in 1841 de vesting ter hoogte van de Meirsteeg, de latere Leysstraat, door een voetgangerstunnel geopend. Enkele jaren later wordt deze vervangen door de Statiepoort, die ook voor rijtuigen toegankelijk is en die via een berijdbare weg met het nieuwe station verbonden wordt.
Vanaf 1864 worden de Spaanse vesten afgebroken en wordt op deze plaats de Leien aangelegd. Een brede boulevard die de oude stad omringt.
Naar Amerikaans voorbeeld wordt in 1873 de “Paarden tram” of Tramway Américain, geïntroduceerd, een tram getrokken door paarden. De eerste tram reed tussen de Meir en de kerk van Berchem, op het huidige traject van tramlijn 7. Aan het begin twintigste eeuw wordt deze “Paarden tram” vervangen door een elektrische versie.
Aan het einde van de negentiende eeuw wil het stadsbestuur wil een as tussen het treinstation en het stadscentrum tot stand brengen. Hiervoor moet de Meir worden rechtgetrokken en verbreed. Ook de smalle Leysstraat wordt aangepakt.
In 1914 breekt de tweede wereldoorlog uit. Het gebied tussen de Meir en kathedraal wordt getroffen door Duitse bombardementen en wordt grotendeels vernield. Op deze plaats wordt tussen 1929 en 1932 het hoogste flatgebouw in Europa van dat moment gebouwd: de boerentoren. Dit gebouw zal vanaf dan het zicht op de Meir domineren.
In 1975 wordt de straat opengebroken voor de aanleg van de “PreMetro”. De tram zal voortaan onder de grond rijden en verdwijnt uit het zicht van de straat.In de jaren negentig volgen opnieuw grote werken . De straat wordt volledig heraangelegd en ze wordt autovrij.
De afgelopen 800 jaar is de Meir geëvolueerd van een meer aan de rand van de stad naar één van de meest prominente straten van Antwerpen. Vandaag is het de ideale plaats om gezellig te gaan winkelen om achteraf iets te gaan eten of drinken in één van vele horecazaken in de buurt.